20ft 250kWh 582kWh gecontaineriseerde lithium-ion batterij-energieopslagsystemen
Beschrijving van lithium-ionbatterij-energieopslagsystemen
Naam | Specificatie | Paklijst |
Containerized Lithium-ion Batterij Energieopslagsystemen | Standaard 20ft container | Inclusief batterijsysteem, airconditioning, brandbeveiliging en alle aansluitkabels in de container, PCS, energiemanagementsysteem EMS. |
(1) Het energieopslagsysteem bestaat uit een lithium-ijzerfosfaatbatterijkast, pc's, schakelkast, temperatuurregelsysteem en brandbeveiligingssysteem, die geïntegreerd zijn in een 20-voets container. Het omvat 3 batterijkasten en 1 schakelkast. De systeemtopologie wordt hieronder weergegeven.
(2) De batterijcel van de batterijkast bestaat uit 1p * 14s * 16S serie- en parallelmodus, inclusief 16 lithium-ijzerfosfaatbatterijdozen en 1 hoofdregelkast.
(3) Het batterijbeheersysteem is onderverdeeld in drie niveaus: CSC, sbmu en mbmu. De CSC bevindt zich in de batterijkast en voltooit de data-acquisitie van de informatie van individuele cellen in de batterijkast, uploadt de gegevens naar sbmu en voltooit de egalisatie tussen individuele cellen in de batterijkast volgens de instructies van sbmu. De sbmu, die zich in de hoofdregelkast bevindt, is verantwoordelijk voor het beheer van de batterijkast. Hij ontvangt de gedetailleerde gegevens die door de CSC in de batterijkast worden geüpload, bemonstert de spanning en stroom van de batterijkast, berekent en corrigeert de SOC, beheert de voorlading en ontlading van de batterijkast en uploadt de relevante gegevens naar mbmu. Mbmu is geïnstalleerd in de regelkast. Mbmu is verantwoordelijk voor de werking en het beheer van het gehele batterijsysteem, ontvangt de door sbmu geüploade gegevens, analyseert en verwerkt deze en verzendt de gegevens van het batterijsysteem naar pc's. Mbmu communiceert met pc's via de CAN-communicatiemodus. Zie Bijlage 1 voor het communicatieprotocol. Mbmu communiceert met de bovenste computer van de batterij via een can-communicatie. De volgende afbeelding toont het communicatiediagram van het batterijbeheersysteem.
Bedrijfsomstandigheden van het energieopslagsysteem
De maximale ontwerplaad- en ontlaadsnelheid mag niet hoger zijn dan 0,5 °C. Tijdens het testen en gebruiken mag Partij A de laad- en ontlaadsnelheid en de bedrijfstemperatuur zoals vastgelegd in deze overeenkomst niet overschrijden. Indien het systeem wordt gebruikt buiten de door Partij B gespecificeerde omstandigheden, is Partij B niet verantwoordelijk voor gratis kwaliteitsborging van dit batterijsysteem. Om te voldoen aan de technische vereisten met betrekking tot het aantal cycli, vereist het systeem niet meer dan 0,5 °C voor laden en ontladen, bedraagt het interval tussen elke lading en ontlading meer dan 5 uur en bedraagt het aantal laad- en ontlaadcycli binnen 24 uur niet meer dan 2 keer. De bedrijfsomstandigheden binnen 24 uur zijn als volgt:
Parameter van lithium-ionbatterij-energieopslagsystemen
Nominaal ontladingsvermogen | 250 kW |
Nominaal laadvermogen | 250 kW |
Nominale energieopslag | 582 kWh |
Nominale systeemspanning | 716,8V |
Systeemspanningsbereik | 627,2~806,4V |
Aantal batterijkasten | 3 |
Batterijtype | LFP-batterij |
Maximaal bedrijfstemperatuurbereik (opladen) | 0~54℃ |
Maximaal bedrijfstemperatuurbereik (ontlading) | “-20~54℃ |
Containerspecificatie | 20 voet |
Hulpvoeding van container | 20 kW |
Containergrootte | 6058*2438*2896 |
Containerbeschermingsklasse | IP54 |
Batterijbewakingssysteem
Het project is uitgerust met een lokaal monitoringsysteem om de uitgebreide monitoring en bediening/controle van het gehele energieopslagsysteem te voltooien. Het lokale monitoringsysteem moet de temperatuur van de container regelen op basis van de omgeving ter plaatse, passende strategieën voor de airconditioning toepassen en het energieverbruik van de airconditioning zoveel mogelijk beperken, met als uitgangspunt dat de batterij binnen het normale opslagtemperatuurbereik blijft. Het lokale monitoringsysteem en het energiebeheersysteem communiceren via Ethernet via het Modbus TCP-protocol om informatie over BMS, airconditioning, brandbeveiliging en andere alarmen door te geven aan het energiebeheersysteem op stationsniveau.